De eerste uren als moeder
Eerste nacht
Het is niet vreemd dat je de eerste nacht na de bevalling niet kunt slapen. Je rust ook uit als je gewoon lekker ligt en ontspant.
Naweeën
Na de bevalling kun je last krijgen van naweeën. Als je borstvoeding geeft, kunnen deze naweeën optreden tijdens het voeden. Naweeën zijn niet fijn, maar wel nuttig. Zij zorgen ervoor dat de baarmoeder samentrekt en daardoor zul je minder (lang) bloedverlies hebben. In overleg met de verloskundige of huisarts kun je een pijnstiller nemen.
Bloedverlies
Het is normaal dat je de eerste 24 uur na de bevalling bloedstolsels verliest. Deze stolsels kunnen in grootte variëren. Bij overmatig bloedverlies (denk aan twee stolsels ter grootte van een vuist) adviseren we je de verloskundige of de huisarts in te schakelen.
Herstellen na een keizersnede
Borstvoeding & pijnbestrijding
Pijnbestrijding, een kunstverlossing of een keizersnede heeft invloed op de reflexen van jou en je baby en op de borstvoeding. Niet direct op de aanmaak van moedermelk, maar wel hoe de eerste uren van jou en je baby verlopen. Het zal wat langer duren voor een baby goed aan de borst gaat. Probeer ook dan de baby de kans te geven om in huid-op-huidcontact (dus voordat hij is aangekleed) te blijven tot hij er aan toe is om te zoeken naar de borst. Zorg dat jij en je baby de eerste dagen zoveel mogelijk samen zijn. Zo leer je elkaar kennen en kun je voeden op verzoek. Slaap de eerste periode – het liefst het eerste half jaar – bij elkaar op de kamer.
Ruggenprik
Wanneer je een ruggenprik hebt gehad, kan het zijn dat jij en je baby daardoor koorts ontwikkelen. Daardoor blijven jullie opgenomen in het ziekenhuis en uit voorzorg krijg je medicatie. Dat maakt het lastiger om te voeden op verzoek en dicht bij je baby te blijven. Ook als je baby niet de kans heeft gekregen om het eerste uur aan de borst te gaan, kun je op een later moment gebruik maken van zijn eigen reflexen. Kleed je baby helemaal uit en leg hem bloot tegen je aan, zo merkt hij waar hij is en zal hij zelf de borst gaan zoeken. Als je baby de eerste uren niet aan de borst drinkt, kun je zelf de borstvoeding alvast op gang brengen door de eerste melk met de hand uit je borst te masseren. Met een theelepeltje geef je dit aan je baby.
Algemeen herstel
Als je een keizersnede hebt gehad, duurt het herstel langer dan bij een normale bevalling. Je hebt immers een operatie ondergaan. Probeer voldoende bedrust te nemen om de wond te laten herstellen. Bukken, tillen, autorijden en fietsen zijn belastende bewegingen voor de wond. Als je nog vloeit, raden we je af om in bad te gaan, te zwemmen, gemeenschap te hebben of tampons te gebruiken. Meestal word je binnen een week ontslagen uit het ziekenhuis. Houd er rekening mee dat je minder uren kraamzorg krijgt als je langer in het ziekenhuis ligt. In sommige gevallen wordt de kraamzorg thuis verlengd, hiervoor moet de verloskundige haar toestemming geven.
Lees hier meer over kraamzorg na een keizersnede.
Naar het toilet gaan
Een volle blaas kan een oorzaak zijn van overmatig vloeien. De blaas belemmert dan de baarmoeder om goed samen te trekken. Probeer daarom binnen enkele uren na de bevalling te plassen. Er kunnen scheurtjes in de schaamlippen zitten, deze kunnen gevoelig zijn tijdens het plassen. Gelijktijdig met een flesje lauw water spoelen óf plassen onder de douche kan de pijn verlichten. Het komt vaak voor dat je direct na de bevalling nog geen aandrang hebt. Als je binnen zes uur na de bevalling nog niet hebt geplast, adviseren we je contact op te nemen met je verloskundige of huisarts.
Als je een ondersteek gebruikt, kun je een handdoek of celstofmatje onder je stuit leggen. Haal het verband weg met een plastic zakje en plaats de ondersteek goed in bed, eventueel met hulp van je partner, kraamverzorgende of iemand anders. Na het plassen op de ondersteek kun je naspoelen met lauw water en de ondersteek weghalen, legen en (laten) omspoelen.
Vertrouw op je gevoel.